DOOR Luciana Bena Brandini – 13-06-2014

Als werkgever moet je er voor zorgen dat je medewerkers veilig kunnen werken, de regels hiervoor zijn vastgelegd in de Arbowet. De werkgever moet niet alleen zorgen voor een veilige werkplek maar ook voor veilige arbeidsmiddelen (apparatuur en gereedschap, beschermingsmiddelen en beschermende kleding). Ook moet je er voor zorgen dat de apparaten en materiaal ook daadwerkelijk veilig bediend en gebruikt worden en dat hier instructies voor worden gegeven. Dit is niet eenmalig maar een continue proces zodat de aandacht van je medewerkers niet verslapt. Dit heet zorgplicht. Een werkgever is aansprakelijk voor de schade die een werknemer lijdt als hij tijdens het werk een ongeval krijgt en letsel oploopt, tenzij je als werkgever kunt aantonen dat je aan je zorgplicht hebt voldaan. Hoe richt je die zorgplicht nu in?

Allereerst dient de werkgever alle werknemers voorlichting en instructies te geven hoe er veilig met de arbeidsmiddelen gewerkt moet worden. Ook moet de werkgever er voor zorgen dat de machines en gereedschappen goed onderhouden en gekeurd worden. De werkgever heeft daarnaast het zogenaamde instructierecht: de mogelijkheid om zijn medewerkers te verplichten veilig te werken, elke medewerker dient zich hier aan te houden. De werkgever moet er verder ook echt op toezien dat de medewerkers zich steeds aan de voorschriften houden en als dit niet gebeurt moet hij maatregelen nemen. Zo kan de werkgever bijvoorbeeld bij weigering van het dragen van beschermingsmiddelen de medewerker de toegang tot het werk weigeren.

Ook de veiligheid op de werkplek is de verantwoordelijkheid van de werkgever. Om te beginnen biedt een goede werkplek voldoende armslag om de werkzaamheden naar behoren te kunnen verrichten. Voor veilig en gezond werken is een bepaalde hoeveelheid (dag)licht nodig en gelden criteria voor temperatuur, ventilatie en geluid. Maar ook zijn er normen voor het aantal beschikbare vierkante meters per persoon, het daglicht, meubilair en de werkapparatuur. Daarnaast zijn er specifieke regels met betrekking tot thuiswerken, gevaarlijke stoffen, op hoogte werken, brandveiligheid, alleen werken en speciale ruimten.

Als werkgever heb je ook de zorg voor die medewerkers die vanwege of tijdens het werk aan het verkeer deelnemen. Het is daarom belangrijk om een goede verzekering hier voor af te sluiten. De werkgever is in principe aansprakelijk voor de schade die ontstaat door een verkeersongeval in werktijd. Dit geldt voor schade aan de auto en voor lichamelijk letsel. Als de werknemer voor zijn werk in zijn eigen auto rijdt, dan draait de werkgever ook voor de schade op. Wanneer is een verkeersongeval werk en wanneer privé?

  • in werktijd betreft het een arbeidsongeval
  • tijdens woon-werkverkeer gaat het om een privé ongeval
  • in privétijd met een bedrijfsauto is het een privé ongeval
  • in de tijd direct van huis naar een klant is het een arbeidsongeval

Hoe zit het nu met ingeleend personeel en ZZP-ers? Ook aan deze groep dient de werkgever dezelfde aandacht te besteden als aan zijn eigen medewerkers. Uitzendkrachten, gedetacheerden, maar ook ZZP-ers kunnen het bedrijf waar zij feitelijk werken aansprakelijk stellen voor de schade als ze een ongeval krijgen. Het gaat dan wel om werk dat tot de normale bedrijfsuitoefening van de opdrachtgever behoort.

Uiteraard blijft veiligheid op het werk de verantwoordelijkheid van zowel de werkgever als de werknemer, maar u heeft als werkgever toch net even wat meer verantwoordelijkheid! Kijk voor meer informatie, nuttige tips en checklists op http://www.arboportaal.nl